dinsdag 6 maart 2018

Start PRRT-behandeling

Start PRRT-behandeling, en portretten.

Het had al met al nog wat voeten in de aarde, maar op 5 februari vond het intake-gesprek voor de PRRT-behandeling plaats. Alle voorafgaande tests waren uiteindelijk gunstig, dus kwam het groene licht. Maar na de intake volgde vervolgens weer niets. Toch maar weer eens even gebeld met het Emc (26/2). "Ach mijnheer, wat vervelend nou, u bent door de mazen geglipt. Kunt u a.s. donderdag en vrijdag, want er heeft een grieppatiënt afgezegd?"  Nou, deze week kwam echt niet uit: het baasje logeerde bij ons, want Mechteld was met koor en orkest een week naar Polen en Hongarije, en Ido moest maandag een operatie ondergaan. We hadden onze handen even meer dan vol.

De eerste behandeling wordt nu donderdag 15 maart/vrijdag 16 maart in de Daniël den Hoed kliniek. Daarna volgen er nog 4 tot 6, steeds met een tussentijd van 4 tot 6 weken. Omdat ik volstrekt in het ongewisse ben van bijwerkingen etc. maak ik voor de komende weken zo min mogelijk afspraken. En wat via de mail kan doe ik op die manier.


Intussen genoten we deze week volop van het baasje.








Het baasje logeerde twee dagen in Utrecht bij tante Judith en oom Harro. Dikke pret! Het museum Speeldoos en het Spoorwegmuseum waren een succes. Bij dat laatste was het geweldige Brio-spooremplacement natuurlijk favoriet.


Ineke en het baasje geven niets om de kou. Ik wel. Ik ben de afgelopen tijd nauwelijks het huis uit geweest. Intussen weet ik (denk ik) hoe dat komt. Ik slik bloedverdunners. En inmiddels hoor ik van vele mede-slikkers dat zij het net zo koud hebben als ik. Ineke kwam vervolgens op het briljante idee om thermo-ondergoed voor mij aan te schaffen. Ik gebruik dat inmiddels, en het is een zegen. Ik haat de kou nog steeds, maar ik kan nu tenminste overleven.







In vorige blogs meldde ik de aanstaande publicatie van het boek van Johans Kreek over de Proosdij van Deventer. Op zijn verzoek gaf ik hem twee foto's van portretten van Mr D.J. van Doorninck (1741 -1781) en diens vrouw W.E.M. Vijfhuis (1748 - 1835), beide geschilderd door P.F. de la Croix. Frappant detail: het mansportret meet 86.50 x 68.00, het vrouwsportret 85.00 x 67.00. Ogenschijnlijk even groot, maar toch! Zij waren de gefortuneerde bewoners van Stromarkt 19, ooit onderdeel van de Proosdij.

Maar de uitgever keurde beide foto's af: te veel hinderlijke schittering van licht via de vernislaag, en onvoldoende dpi (wat dat dan ook wezen moge). Kortom: dan maar een echte fotograaf ingeschakeld. De portretten uit het depot gehaald, bij de fotograaf gebracht en dat leverde vervolgens deze twee schitterende afbeeldingen op.




































Die zullen dus in het boek worden opgenomen. Vermoedelijk wordt het boek in juni a.s. gepresenteerd. Ineke en ik zijn voor die presentatie uitgenodigd, dus jullie horen of zien daar nog wel van.

Het verschil in grootte tussen beide portretten geeft intussen niet de "machtsverhoudingen" tussen de echtelieden en binnen het gezin weer.

Mr D.J. van D. was een van de laatste burgemeesters van het ancient régime in Deventer tot zijn overlijden in 1787. Zijn zoon Mr M. van D. (1775 - 1837) was een van de eerste volksvertegenwoordigers (lid Municipaliteit 1798, burgemeester 1831, lid tweede kamer der Staten Generaal 1824 - 1827) in het nieuwe regime.

Opvallend is dat de tegenstellingen tussen Fransgezinden en Orangisten, die elders in Nederland soms zo hevig waren, zich in een stad als Deventer kennelijk nauwelijks voordeden. De regering bleef steeds in vertrouwde (regenten)handen.


Terug naar de rol van Wilhelmina Mechteld Elisabeth Vijfhuis. Zij werd op 39-jarige leeftijd weduwe, en kreeg een aanzienlijk vermogen te besturen. Zij was beslist de mater familias. Zij maakte de dienst uit. Dat blijkt wel het beste uit de volgende geschiedenis.

Haar zoon Martinus was smoorverliefd op Adriana Maria Lamberts, dochter van een steenrijke leerlooier, en beeldschoon bovendien. Maar moeder verbood een huwelijk: zij was wel mooi en rijk, maar volstrekt geen partij voor een lid van een Deventer regentengeslacht. Er kwam dus niets van een huwelijk in, en zo dacht Martinus broer Adam er ook over. Zo bleef het tot 28 juli 1805, de dag na Martinus dertigste verjaardag. Toestemming van zijn moeder voor een huwelijk was nu niet meer nodig, en hij trouwde onmiddellijk zijn Adriana. Zij kregen zeven kinderen, onder wie mijn betovergrootvader.









Geen opmerkingen:

Een reactie posten